| 
    
 | 
     | 
    
	
   
    |   | 
      | 
      | 
   
   
    |   | 
      | 
      | 
      | 
      | 
   
   
    |   | 
    Kijk eens goed naar de grote foto 
      op deze pagina.  
      Zes jonge mensen in tropenkleding, voor een gebouw waarvan je mag aannemen 
      dat het in Nederland staat. Het soort stoeptegels, de natuurstenen gevel, 
      het raam met vitrage. 
      Nederland. 
      Een Nederlands overheidsgebouw van vroeger. Op het bordje naast de deuropening 
      staat in letters zoals je ze vandaag de dag niet snel meer ziet: Centraal 
      Bureau N.I.W.I.N. | 
      | 
   
   
     | 
   
   
    |   | 
      
     | 
      | 
   
   
     | 
   
   
    |   | 
     Dat bureau is van 1946 tot 1951 
      gevestigd geweest in Den Haag, en het had als doel, precies zoals op het 
      bord staat dat de middelste heren vasthouden: het brengen van ontspanning 
      voor onze jongens in Indië. 
      Na de Tweede Wereldoorlog werden nogal wat Nederlandse jongens naar Indië 
      gestuurd om daar orde op zaken te stellen, en ja, tussen de zogenaamde ‘politionele 
      acties’ door konden ze wel wat amusement gebruiken. In de loop der 
      jaren heeft de organisatie NIWIN – Nationale Inspaninng Welzijn Indië 
      – heel wat Nederlandse variété-artiesten laten overvliegen. 
      En voor velen van hen is zo’n Indië-tournee een onvergetelijke 
      ervaring geworden. 
      Voor de mensen op de foto is het minder goed afgelopen. 
      Ik neem aan dat deze foto in 1946 is genomen, in Den Haag, kort voor het 
      vertrek. 
      Van links naar rechts kijken deels verwachtingsvol en deels wat schuchter 
      naar de fotograaf: conferencier Hans Snel, accordeon-danspaar Jossy en Josino, 
      sneltekenaar John Charley, Marina van Goudswaard en beginnend jongleur Tonio 
      Manti. 
      Ze zouden allemaal omkomen, op één na. | 
      | 
   
   
     | 
   
   
    |   | 
    NIET LEKKER 
      Op 20 januari 1947 ging het mis, op Biak, een eilandje van Nieuw-Guinea. 
      Na aankomst daar werd de groep de mogelijkheid geboden voor een rondvlucht. 
      Een mooi aanbod. Jossy had al eerder in een brief naar huis geschreven dat 
      ze zo had genoten van een vliegtochtje vanaf Padang met een pipercup. “Zelfs 
      een looping hebben we gemaakt. Het was een reuze sensatie, maar toch lang 
      niet zoo als je het je eigenlijk voorstelt. We vonden het allemaal heerlijk.” 
      Iedereen had oren naar een rondvlucht boven Biak. Behalve Marina van Goudswaard. 
      Die voelde zich niet lekker. Ze bleef aan de grond. 
      Samen met twee militairen steeg de rest van de groep op. Kapitein Otten 
      zat achter het stuur. Volgens het NIWIN een zeer bekwaam piloot die ook 
      tijdens de oorlog tegen Japan had gevlogen.  
      Otten was al weer aan het landen toen hij opeens een jeep in de weg zag 
      staan. Hij probeerde weer op te trekken, maar gleed af. 
      Het toestel stortte neer. Zonder overlevenden.  | 
      | 
       
      Volkskrant 1947 | 
      | 
   
   
    |   | 
    In Nederland was het ongeluk vrij 
      groot nieuws.  
      De Volkskrant wijdde er een bericht aan op de voorpagina: Vijf Nederlandse 
      artisten omgekomen.   
      Vakbroeders waren geschokt. Menigeen had wel eens met een van de omgekomenen 
      gewerkt. Voor de Rotterdamse accordeonist Thijs de Wijs – artiestennaam: 
      Ted Valerio – was het helemaal even slikken. Hij was aanvankelijk 
      gevraagd voor deze trip naar Indië, maar had moeten afzeggen vanwege 
      verplichtingen in Nederland. Hij stond geboekt voor een Avro-tournee met 
      Albert de Booy. Mogelijk speelde ook zijn nog prille verkering een rol. 
       
      Jossy en Josino - Nol en Ans Joosten, ook uit Rotterdam - waren voor Thijs 
      in de plaats gegaan. Met noodlottige afloop. | 
      | 
   
   
     | 
     | 
     | 
   
   
    |   | 
       
      Trouwfoto | 
      | 
    NOORDEREILAND 
      Voor de familie van de omgekomen artiesten was de klap uiteraard het hardst. 
      In Rotterdam werd het verdriet vooral gevoeld op het Noordereiland. 
      Zangeres Ans Joosten-Meijer kwam van de Maaskade, accordeonist Nol Joosten 
      - enig kind - van de Sleephellingstraat. Samen hebben Ans en Joost ook nog 
      aan die Sleephellingstraat gewoond, op nummer 8 A. 
      Kort voor hun Indië-tournee waren ze getrouwd. 
      Nol kwam uit een varende familie. Hij heeft op een schip gewerkt voor hij 
      beroepsmuzikant werd. 
      Aanvankelijk trad Nol Joosten solo op, onder de exotisch aandoende naam 
      Noldino Josino. | 
      | 
   
   
    |   | 
    Zijn specialiteit: op accordeon 
      het geluid van een bioscooporgel nabootsen. 
      Later vormde Nol een tijdje het accordeonduo De 2 Steffin’s samen 
      met Barry van ’t Nederend – ook bekend onder de artiestennamen 
      Bary-Neder en Barry Steffin. En toen was er dus Jossy en Josino, een nummer 
      van zang en dans, met accordeonbegeleiding van Nol. | 
      | 
   
   
    |   | 
     In foldertjes prezen Ans en Nol 
      zichzelf aan als ‘The elegant musical act’. 
      De familieleden die ik over deze tragische geschiedenis heb gesproken krijgen 
      nu nog een beetje een verre blik in de ogen bij alle bewaarde foto’s 
      en paperassen.  “Fijne gozer, toffe griet,” klinkt het. 
      In de laatste brief aan haar moeder van 4 januari 1947 schrijft Ans – 
      ‘Jossy’ - als PS: “Ik heb van de week in mijn hand laten 
      lezen en ik word minstens 85 jaar en Jos nog ouder, dus maakt U zich geen 
      zorgen over ons!!” 
      Twee weken later was het gedaan. 
      Nol werd 32, Ans 27. 
      De laatste foto tussen de familiepapieren is die van twee graven in Nederlands-Indië. 
     | 
      | 
      
      Een laatste rustplaats in Nederlands-Indië | 
      | 
   
   
     | 
     | 
     | 
   
 
 | 
     | 
      
         |