 |
AFLEVERING 605 - 5 september 2010
Johnny Hoes
Afgelopen week ben ik min of meer te biecht gegaan.
Bij niemand minder dan Johnny Hoes.
De smartlappenkoning van Katendrecht.
Zo langzamerhand is Johnny Hoes iemand van het verleden aan het worden,
maar u kent ‘m vast nog wel.
De grote man achter de Zangeres Zonder Naam.
En achter Eddy Wally.
De man ook van: ‘Och was ik maar bij moeder thuisgebleven’.
En nog een paar duizend andere nummers.
Ruim 93 jaar geleden werd hij geboren op Katendrecht.
En de afgelopen twaalf jaar of zo heb ik met zekere regelmaat contact
met hem gehad.
Ik ben herhaaldelijk bij hem thuis langsgeweest, in Weert, en bij z’n
platenmaatschappij, Telstar. Om gesprekken op te nemen voor de radio,
maar ook wel zomaar, voor de gezelligheid.
Mijn vader heeft lang in Geleen gewoond, en Weert ligt vanuit Rotterdam
min of meer op de route.
Hoes belde me ook wel eens op als hij iets wilde weten uit het Rotterdamse.
Of als hij iets te melden had.
Een tijd lang kreeg ik ook allemaal grappig bedoelde mailtjes van hem.
Hij informeerde naar mijn wel en wee.
Naar mijn vader, die ik van hem echt moest blijven bezoeken, nu het nog
kon.
Naar mijn vrouw, met wie hij een beetje te doen had.
En naar mijn huis.
In zijn beleving was ik eeuwig bezig met verbouwen.
En dat leek hem niet leuk voor mijn vrouw.
“Hé, Roland, is je huis al af?” heb ik meermalen door
de telefoon gehoord.
De laatste paar jaar is het contact wat minder geworden.
Vijf jaar geleden overleed mijn vader.
Waarmee de ritjes naar Geleen ophielden
En de wereld van Hoes wordt denk ik ook wat kleiner.
Maar van de week zag ik ‘m weer.
Johnny Hoes was van de week in Rotterdam voor de presentatie van de biografie
van Jaap Valkhoff, met wie hij veel heeft samengewerkt in de jaren zestig
en zeventig.
Ik weet niet of hij mij meteen herkende in het Westerpaviljoen, waar
de presentatie plaatsvond, maar toen ik hem de hand schudde, zag ik het
allemaal bij hem terugkomen.
Roland, Radio Rijnmond ... verbouwing
Voordat hij ernaar kon vragen, zei ik al dat mijn huis nog steeds niet
af is.
En dat ik onlangs gescheiden ben.
Scheiden is een emotioneel lastig proces, weet ik inmiddels, maar ik
probeer ook dit facet van mijn leven een beetje in perspectief te zien.
Op de ene plek gaat een deur dicht, op een andere plek gaat een raam open.
Hoe de smartlappenkoning mijn mededeling opvatte, kon ik een beetje moeilijk
peilen.
Uit zijn blik sprak weliswaar iets vaderlijks, maar het was al aan het
eind van de middag, het was misschien een beetje veel voor hem geweest
allemaal, en zijn zoon stond al klaar om hem naar de auto te begeleiden,
voor de terugreis naar Weert.
Wat gehaast namen we afscheid.
Misschien voor het laatst.
Ergens in mij hoorde ik een stem zeggen: maak die verbouwing nou eens
af.
|
 |